Geluksgevoel en woongenot
Hoe wordt je nieuwe huis een droomhuis?
Heel wat onderzoekers hebben zich in het geluksgevoel in combinatie met woongenot verdiept. We weten nu waar we gelukkig van worden (gele muren) en waar we chagrijnig van worden (lange reistijden).
Schilder je wanden in groen en geel en je voelt je oké, aldus onderzoekers van de VU Amsterdam. Het neerzetten van oude(re) foto’s zou volgens de Amerikaanse Portsmouth University bijdragen tot kalmte en positiviteit. En van de huizenbezitters die hun bed elke ochtend opmaken voelt 71% zich helemaal gelukkig, terwijl 64% van de sloddervossen juist mokkend door het huis lopen.
Gelukspsycholoog Ad Bergsma hecht niet zoveel waarde aan die uitkomsten. Het zijn volgens hem vaak de resultaten van steekproeven die (te) kort door de bocht gaan. ‘Ik herinner me een onderzoek waaruit bleek dat vogelbezitters meer kans hadden op kanker. Wat ze er niet bij vermeldden was dat mensen die vogels houden dikwijls veel roken. En van het opmaken van een bed word je echt niet gelukkiger. Of je moet van opruimen houden.’
Groot of klein - het maakt niet uit
Hoe wordt je nieuwe huis een droomhuis? Dat heeft met verschillende factoren te maken. De samenstelling van je gezin bijvoorbeeld. Wil je kinderen, of heb je kinderen - en zo ja, hoeveel, hoe ziet je droomhuis er dan uit? Maar ook praktische zaken als voor de deur kunnen parkeren spelen mee. Ad: ‘De basis blijft veiligheid en geborgenheid. Als ouder wil je graag dat je kind zonder problemen op straat kan lopen. Veel groen en een mooi uitzicht werken ook mee.’ Geluk is altijd relatief, ook in een nieuwe woning. ‘Van een klein huis word je niet ongelukkiger, van een groot huis word je niet per se blijer.’
Wie droomt van een villa of een penthouse vergeet vaak dat daar ook offers voor moeten worden gebracht. ‘Harder werken, minder vrije tijd. Ik sprak laatst een hoogleraar die naar een groot, nieuw huis was verhuisd. Zijn gezin ging op vakantie, hij bleef thuis om te werken. Tegen zijn vrouw zei hij: ‘Gaan jullie maar lekker op vakantie. Ik sluit me een week op in mijn studiekamer en red me wel.’ Maar toen ze weg waren, voelde hij zich ineens doodongelukkig, ondanks dat mooie huis.’
Op verkenningstocht
De locatie aanpassen aan je levensstijl is nooit een slechte zet. De een voelt zich meer happy in de stad, de ander in een klein dorp. Maar ook dan is geluk geen zekerheid, weet de gelukspsycholoog. ‘De buurt eerst goed verkennen blijft een gouden regel. Een droomhuis waar het lawaai van de straat en van rumoerige buren ineens binnendringt draagt niet bij aan het ultieme geluksgevoel.’
Ook lange reistijden van huis naar werk blijken een deprimerende werking te hebben op het woongenot. ‘Je kunt een huis natuurlijk dicht bij je baan zoeken, maar soms krijgt iemand ineens een andere functie en moet forenzen.’ En hoe verder van huis, hoe ongelukkiger de forens wordt, aldus - alweer - een onderzoek. Een nieuw huis maakt slechts een klein onderdeel uit van een tevreden of euforisch gevoel. De omgeving, je werk, je verwachtingen; alles draagt een steentje bij. Voor wie daar rekening mee houdt is geluk heel gewoon.
Een makelaar helpt je verder
Een tuin is een duidelijke woonwens. En een extra kamer is dat ook. Maar als je verhuist voor meer rust, dan is het bijvoorbeeld goed om te weten wat het bestemmingsplan rondom een woning is. Een aankoopmakelaar helpt je met dit soort vragen.