Woonkamers zonder kleur: alles zwart-wit
Hoe houd je zo’n interieur consistent, vraagt Aafke Romeijn zich af
Bij het woord zwart-wit denk je misschien aan van dat salmiakpoeder van vroeger, of aan films van Charlie Chaplin. Zelf denk ik bij zwart-wit aan talloze interieurs die ik de afgelopen jaren op funda voorbij heb zien komen.
Woonkamers zonder kleur, ze bestaan echt. Dat je door de foto’s scrolt en denkt: zijn dit zwart-witfoto’s? En dan zie je ergens aan de muur een familiefoto in kleur, en moet je concluderen dat niet de foto zwart-wit is, maar het interieur zelf.
Hoe doe je dat met kinderen?
Zelf snap ik niks van de populariteit van de twee saaiste kleuren ooit. Ik hou van kleur, mijn muren thuis zijn roze, mosterdgroen, geel en mintgroen. Is dat licht hysterisch? Absoluut. Maar alles beter dan een saai interieur. Wat ik me vooral afvraag is: hoe houd je zo’n interieur consistent? Ik bedoel: iedereen met kinderen weet dat je je huis zo strak kunt inrichten als je wil, zodra je je een paar seconde omdraait ligt de hele hut vol lego, knuffels en andere kleurrijke troep, en is je hele look meteen weer verpest.
Aangebrande tosti’s en Fifty Shades of Grey
Zo’n zwart-wit interieur is alleen leuk als het ook echt helemaal zwart-wit is. En helemaal zwart-wit, da’s alleen mogelijk op zwart-witfoto’s, niet in het echte leven. Hoe doe je dat bijvoorbeeld in je keuken? Ga je alleen nog maar koken met zwart-witte ingrediënten? Dat wordt een nogal eenzijdig dieet van aangebrande tosti’s, melk, eiwit en extra pure chocolade. Mij niet gezien. En hoe doe je dat met boeken in je boekenkast? Koop je dan alleen nog maar titels met een zwart-witte kaft? Of gewoon honderd exemplaren van Fifty Shades of Grey?
Een ander probleem. Iedereen heeft in z’n huis een schaaltje, bakje of hoekje waarin je niet alleen je sleutels gooit als je thuiskomt, maar waarin zich in de loop van de tijd allerlei dingen verzamelen die nergens een eigen plaats hebben. Pasjes, paperclips, bonnetjes, frutsels, steentjes, sierraden – je kent het wel. Nou is zo’n schaaltje in ieder interieur al een doorn in het oog, maar stel je even een bakje voor vol met kleurrijke zooi in een verder volstrekt zwart-wit interieur: alsof er een stilistische atoombom afgaat. Nee, dan een kleurrijk interieur: daarin valt zo’n troepverzameling lekker weg tegen een drukke achtergrond.
Inspiratieloos in het echte leven
Een zwart-wit interieur is, kortom, vooral leuk op plaatjes in woonmagazines, en op foto’s op funda waarvoor eerst drie dagen is opgeruimd en gepoetst. In het echte leven komt het toch vooral over als inspiratieloos, alsof je bij de IKEA gewoon van elk meubel de standaarduitvoering hebt gekocht. Bovendien: het is enorm saai voor mensen die veel op funda gluren, zoals ik. Verras me met vreemde kleurcombinaties, hectisch behang, of andere opvallende interieurkeuzes. Dat houdt niet alleen mijn leven als funda-fan spannend, maar het scheelt je ook een heleboel neurotisch opruimwerk. Dat lijkt me een win-win!
Kortom, wit, nieuw en strak is wat mij betreft helemaal niet de heilige graal in woonland. Geef mij maar wat authentieke seventies-details, die maken je huis een stuk knusser.
Is het interieur van jouw buren ook zwart-wit?
In funda's vernieuwde Mijn Huis vind je een overzicht van wat er te koop staat en recent verkocht is in jouw buurt. En kan je direct het interieur van je buren beoordelen. Een account aanmaken is gratis.